Over hans
Hans van der Veen (Leeuwarden 1947) studeerde germanistiek in Leiden en München en was 38 jaar leraar Duits te Leiden. Na zes tweetalige gedichtbundels – waaronder vier Lebende Leidener Lyriker, ein literarisches Quartett en gedichten van wijlen ook een Leidenaar, Piet Paaltjens, pseudoniem voor François HaverSchmidt – verscheen in 2015 Slauerhoff, Desperado te land en ter zee/Desperado zu Wasser und zu Land. In datzelfde jaar vijftien hertalingen van Jean Pierre Rawie, Pas op breekwaar/Wackeltanz. In 2017 volgde Amouretten, negentien delicate gedichten van Han G. Hoekstra. Van Menno Wigman verschenen vijftien gedichten met hun Nachdichtungen in de bundel VersZinsels/ZeilenSprung (2018). Een jaar later Bevlogen jaren/Dichterlieder, zeventien gedichten van Willem Wilmink, Nederlands-Duits.
In het jaar 2020 verscheen als capita selecta uit het werk van Van der Veen Gelijk het gras/Schall und Rauch, tweeëntwintig funeraire gedichten van Nederlandse schrijvers, gedichten met een vanitas-achtergrond, eveneens Nederlands-Duits. In 2021 verscheen van Lévi Weemoedt een kleine keuze gedichten, Weemoedig voorwaarts/Wehmut und so weiter, ook tweetalig.